Ontdek de Hortus met de Plantzoeker
De Hortus botanicus Leiden herbergt een unieke collectie planten van over de hele wereld. Met de Plantzoeker kun je een selectie van deze botanische schatten ontdekken en meer leren over hun herkomst, kenmerken en bijzondere verhalen.
Let op: deze online verkenner toont slechts een deel van de collectie. Voor een volledig overzicht van alle planten in de Hortus kun je terecht op hortusleiden.gardenexplorer.org.
Reuzenlevensboom
Thuja plicata
| Familie | Cupressaceae (Cipresfamilie) |
|---|---|
| Verspreiding | Westelijk Noord-Amerika |
| Levensvorm | Conifeer |
| Volksnamen | Reuzenlevensboom, Western Red Cedar |
De reuzenlevensboom is rond 1796 in Europa geïntroduceerd. Ons exemplaar is geplant voor 1860. In het wild komt de boom voor in westelijk Noord-Amerika, waar hij wel vijftig meter hoog wordt. Het blad is donkergroen, glanzend en schubachtig, met een wittige onderzijde. Het ligt dakpansgewijs op de takken. De schors is roodachtig bruin en vezelig. Schors en blad zijn aromatisch. Het hout van de reuzenlevensboom is licht en duurzaam hout, waaronder oranjebruin kernhout. Het zachte roodbruine hout, bekend als western red cedar, heeft een fijne, rechte nerf met weinig knoesten en kent toepassingen in constructie, kleding, gereedschap en transportmiddelen (kano’s). De gestripte bast wordt gebruikt voor het weven van hoeden en manden, verfkwasten en touw. Thuja bevat veel ascorbinezuur (vitamine C). De boom werd gebruikt in de volksgeneeskunst van de Native Americans. Blad en bast werden fijngestampt, gekookt in water en als aftreksel gedronken. Boomhars van deze conifeer was en is in gebruik als wierook.
Locaties:
- Varentuin vak 33
- 10: Gras met bomen voor de oranjerie
- Varentuin vak 33
- 10: Gras met bomen voor de oranjerie