Vorige pagina

Voor het derde jaar op rij bloeit er een Reuzenamorphophallus in de Leidse Hortus. Dit keer gaat het om de soort Amorphophallus gigas, die qua formaat en verschijning tussen A. titanum en A. decus-silvae valt. Niet één, maar twee exemplaren staan op dit moment tegelijkertijd in de knop. Bijzonder aan deze bloei is dat A. gigas nog nooit eerder gebloeid heeft in de Leidse Hortus. Bovendien is het de eerste keer dat deze soort bloeit in Nederland.

De planten zijn te bezichtigen binnen de openingstijden van de Hortus: dagelijks van 10:00 tot 17:00 uur.

Derde jaar op rij
Dit is het derde jaar op rij dat er zich een bloei van een Reuzenamorphophallus voordoet in de Leidse Hortus. In 2021 bloeide de zeldzame Amorphophallus decus-silvae, in de zomer van 2022 twee exemplaren van Amorphophallus titanum en nu dus twee exemplaren van Amorphophallus gigas. Hiermee zijn alle drie de Reuzenamorphophallussoorten die ter wereld voorkomen in de Leidse Hortus in bloei te zien (geweest).

Zeldzaam?
Hoe kan het dat deze plantensoorten, waarvan altijd gezegd wordt dat de bloei zo zeldzaam is, nu toch zo kort op elkaar in bloei komen? Dat is mede te danken aan de hulp van vrijwilliger Rudmer Postma, die de Amorphophalluscollectie van de Hortus met enorm veel toewijding verzorgt. Hierbij adviseert hij voor de juiste grondmengsels, wanneer de planten verpot moeten worden en geeft hij ze speciale bemesting, wat de gezondheid en ontwikkeling van de planten sterk bevorderd. Daarnaast is het een kwestie van toeval dat deze soort nu in bloei komt. Deze plant is later in onze collectie gekomen en is daardoor niet beïnvloed door de verbouwing van de Tropische Kassen in 2013, die destijds voor een ‘reset’ van de groeicyclus van A. titanum zorgde.

Bloeiwijze en bestuiving
De opbouw van de bloeiwijze van A. gigas is vergelijkbaar met die van A. decus-silvae. Op een lange steel vormt zich een bloeiwijze. Door deze lange steel is dit de hoogste penisplant van het geslacht. Deze bestaat uit een bloeikolf, met daaromheen een schutblad. Onderaan de bloeikolf bevinden zich mannelijke en vrouwelijke bloemen. Tijdens de bloei gaat het schutblad open en komen de vrouwelijke bloempjes in bloei. Hierbij stoten deze bloemen een lijkengeur uit om aasvliegen mee te lokken. Om de geur te versterken en de illusie van aas nog overtuigender te maken, warmt de bloeikolf op tot zo’n 30 graden. De geur is zo sterk, dat vliegen uit de hele omgeving eropaf komen en in het schutblad gaan zitten, waar ze een lekker hapje verwachten. Na 24 uur gaan de vrouwelijke bloempjes dicht en beginnen de mannelijke bloemen te bloeien. Deze bloeien geurloos en zijn bedekt met stuifmeel. De stank verdwijnt en de vliegen verlaten de kelk, maar niet zonder eerste langs de mannelijke bloemen te vliegen en bedekt te raken met stuifmeel. Nog 24 uur later is de plant uitgebloeid en stort de bloeiwijze weer in. In onderstaande video legt Hoofd Horticultuur Rogier van Vugt dit proces in meer detail uit.

Achtergrondinformatie
Latijnse naam: Amorphophallus gigas. Letterlijke vertaling: vormloze, reusachtige phallus.
Veel voorkomende namen: penisplant, reuzenpenisplant, reuzenaronskelk.
Land van herkomst: Indonesië, Sumatra.
Familie: aronskelkfamilie (Araceae)

Bij ons leer je de wereld kennen